De barbell row is een basisoefening voor de rug. Maar welke greep kun je het beste gebruiken: een standaard bovenhandse (geproneerde) greep of de alternatieve onderhandse (gesupineerde) greep?
Het snelle antwoord: beide grepen zijn goed, maar ze hebben elk een net iets ander effect.
Bovenhandse greep
Wanneer je ellebogen verder van je zij af staan, zoals het geval is bij een bovenhandse greep, richt de row zich op je bovenrugspieren, zoals de middelste en bovenste trapezius, de romboïden en de achterzijden van je schouders (rear delts). Deze spiergroepen bepalen de dikte van je rug (en dus het zijaanzicht).
Onderhandse greep
Roeien met de ellebogen dichter bij je lichaam en naar binnen bewegend, geeft prioriteit aan je latissimus dorsi (kortweg lats), vooral het onderste gedeelte. Je lats komen dus het meeste in actie bij met een onderhandse greep. Deze spiergroep bepaalt de breedte van je rug.
Advies
- Vind je dat je rug specifiek dikte ontbeert, hanteer dan de bovenhandse greep;
- Vind je dat je rug specifiek breedte ontbeert, hanteer dan de onderhandse greep;
- Kan je rug zowel dikte als breedte gebruiken, neem dan gerust beide varianten op in je schema.
Let wel: de onderhandse greep oefent meer druk op je ellebogen uit. Als je last hebt van je ellebogen, gebruik dan de onderhandse greep met een EZ-stang.